Interview met Rineke Dijkinga, orthomoleculair therapeut en natuurgeneeskundige

Rineke Dijkinga, orthomoleculair therapeut en natuurgeneeskundige, stimuleert mensen al 20 jaar om zelf de keuken in te gaan om ‘mooi’ te eten: met échte, eerlijke, onbewerkte en gezonde ingrediënten van een gezonde bodem. Het is haar overtuiging dat als de mens zijn gezondheid en welzijn centraal zet en voor gezond, duurzaam, onbewerkt voedsel kiest, hij automatisch kiest oor het bestaansrecht van de duurzame boer, de natuur, het landschap en de biodiversiteit. Met de opbrengst van haar bestsellers kocht ze samen met haar man een paar hectare landbouwgrond, Heerlijk Westerwolds Land, waar alles draait om biodiversiteit en ‘gezondheidswaarde per hectare’, in plaats van opbrengst per hectare. Ze doen ook mee aan de PPS Agroforestry van de WUR. Heerlijk Westerwolds Land moet volgens Rineke steeds meer een voorbeeld- en vooral educatieplek worden voor het overstappen op de korte keten. Hoe zorg je voor een lokaal voedselsysteem dat gezond is van grond tot mond?  Welke gewassen kun je verbouwen, hoe bereid je ze en wat doen ze voor je gezondheid. En dat slaat aan; vanuit het hele land komen zowel consumenten, NGO’s en gezondheidsprofessionals naar Westerwolde om hiermee aan de slag te gaan. Wij spraken met deze ambassadeur voor de regio over haar missie en dromen en hoe ze deze waarmaakt.

Rineke Dijkinga runde van 2003 tot 2017 een praktijk voor orthomoleculaire en natuurgeneeskunde in Sellingen en begeleidde ze duizenden mensen met chronische klachten als gevolg van voeding & leefstijl. Ze ontdekte dat veel mensen onbewust, ongewild en zeker onbedoeld voeding eten die hun klachten veroorzaakt, in stand houdt of verergert. In 2011 begon zij met boeken te schrijven en lezingen te geven. De boeken verkochten zich als het ware zelf doordat mensen het verhaal achter ‘koken zonder pakjes en zakjes’ aan de keukentafel vertelden en anderen inspireerden dat ook te doen. In 2022 bracht ze haar eerste magazine “MOOI Eten” uit dat het verhaal achter het eten dat op ons bord ligt, vertelt: dat van de boer, de bodem, de natuur en biodiversiteit. 

Foto: Auke Hamers

In welke relatie sta je tot Agenda voor de Veenkoloniën/ Regiodeal Natuurinclusieve Landbouw?
“Eigenlijk hebben we grotendeels dezelfde missie en visie als de Agenda voor de Veenkoloniën; focus op de landbouw, natuur en omgeving.” Ik richt me daarbij vooral op educatie van consumenten, gezondheidsprofessionals en vitaliteitsprogramma’s van bedrijven. “Pas als zij veel meer weten over de innige relatie tussen onze gezondheid en ons voedsel, de bodem en de natuur, dan kunnen we  écht meters maken met regeneratieve landbouw.

Wat zou je graag willen bereiken op het gebied van natuurinclusieve landbouw?
“Mensen verleiden met ‘mooie’ landbouwgewassen en een schitterend landschap, dat is één van de vele factoren om de transitie naar natuurinclusieve landbouw te laten slagen. Per slot van rekening bepaalt de consument met zijn euro’s voor een groot deel de afzet van de landbouw. Bovendien: iedereen wil graag een mooi landschap en dat heeft een onschatbare meerwaarde. Ik wil mensen graag laten lezen, zien, horen en ervaren dat we met mes en vork ongelooflijk veel invloed hebben op hoe onze omgeving en ons landschap eruitzien. Elke dag kunnen we met de euro’s die we aan eten uitgeven een stem uitbrengen voor de omgeving die we graag willen.

Hoe ziet de landbouw er wat jou betreft over 5 jaar uit?
Ik hoop dat de woorden van de CEO van Hak dan overal in Nederland hun weg hebben gevonden:

” Duurzaamheid zou eigenlijk geen keuze moeten zijn, maar de standaard.”

Over 5 jaar hebben we de consument ook zo geïnspireerd en geïnformeerd over de meerwaarde van lokaal en duurzaam voedsel, dat we dat ook (blijven) kopen. In mijn optiek is een goed geïnformeerde en geïnspireerde consument een must voor het welslagen van de landbouwtransitie. Wat moeten we met meer duurzame boeren als de afzet er niet is? Ik hoop ook dat over 5 jaar ‘the real price’ van voedsel de norm is geworden. Dan wordt ongezond en/of eten uit ‘verweggistan’ de duurste keuze. En duurzaam, gezond en lokaal de betaalbare. Dan hebben we ook direct een geweldige oplossing voor de mensen met een kleine beurs. Want het kan gewoonweg niet zo zijn dat gezond eten enkel beschikbaar is voor rijke mensen.

Rineke hoopt ook dat we onze landbouwgrond over 5 jaar primair gebruiken voor de voedselvoorziening en alle ecosysteemdiensten. We hebben al onze duurzame boeren en grond hard nodig om veel meer eten uit eigen land op ons bord te krijgen.

Waarom of wanneer ga jij met plezier naar je werk?
Mijn werk is al 20 jaar mijn hobby en mijn hobby mijn werk. Wat is er nou mooier dan het verhaal achter voeding te kunnen vertellen: Voor mij is er niks leuker dan een outdoortraining te geven aan een bedrijf, midden tussen de zonnebloemen en het graan op ons land, en dan eind van de dag te horen dat ze ‘om zijn’ en in hun kantine gaan omschakelen naar onbespoten groente en duurzaam geteelde lokale granen en meelsoorten. Dat is werken en hobby tegelijk.

Wat heb je in het verleden allemaal gedaan op het gebied van Korte Ketens en voeding?
Ik ben al ruim 10 jaar bezig om de korte ketens een duw in de rug te geven. Eerst door het merk PUUR Rineke dat ik oprichtte (en in 2019 verkocht) en nu door het ontwikkelen van  producten/halffabricaten die in elke regio van Nederland gereproduceerd kunnen worden met de lokale ingrediënten van daar. Dat is niet eenvoudig, we zijn ook niet echt meer gewend om gewassen van het land te verwerken tot eindproduct. Er moeten nog heel wat investeringen plaatsvinden om van lokale gewassen weer eindproducten te kunnen maken. En toch denk ik wel dat daar uiteindelijk de toekomst ligt; door alle crisissen in de wereld lijkt lokaal voedsel, ook in het kader van voedselzekerheid, een belangrijk speerpunt om op in te zetten. Bovendien: een van de kortste klappen om minder fossiele energie te gaan gebruiken is de 30.000 kilometer(die de ingrediënten van een gemiddelde maaltijd afleggen naar ons bord) fors te verminderen.

Het mooie is; ik zie een snel stijgende belangstelling bij producenten, horeca, bedrijven en consumenten voor lokale producten. Nu overheden, (zorg)instellingen en bestuurders nog!

Waar ben je op dit moment mee bezig? 
We werken hard om Heerlijk Westerwolds Land klaar te maken voor de groepseducatie, zo bouwen we bijvoorbeeld zelf een buitenkeuken. Deden we voorheen vooral kennistrainingen, dit jaar gaan we ons echt richten op doen. Het land op, de bodem voelen, je eten verzamelen en het vervolgens samen verwerken tot een mooie maaltijd. Uiteraard met het hele achtergrondverhaal erbij.

Daarnaast ben ik ongelooflijk druk met ons platform “Mooi eten uit de lokale keten”. Om zoveel mogelijk mensen, bedrijven en organisaties te inspireren om de stap naar duurzaam en lokaal te maken. Daarover schrijf ik ook nog steeds veel artikelen voor vakbladen en duurzame platforms.

Bij dat inspireren hoort wat mij betreft ook echt het ecotoerisme: niks leuker om van mensen te horen hoe mooi ze Westerwolde vinden. En dat er zulk mooi eten verbouwd wordt.

Wat wil jij bereiken met alles dat je doet?
“Dat mensen weer betrokken raken bij eten. En beseffen dat onze gezondheid en welzijn niet zonder een gezonde bodem, gezond voedsel, schoon water, gezonde lucht en een gezonde natuur/milieu kunnen. Dat we met mes en vork ongelooflijk veel van de huidige crisissen kunnen beïnvloeden en de aarde voor komende generaties ook leefbaar kunnen houden.

Waar richt je jezelf op met nieuwe ontwikkelingen?
Nog meer op educatie: “Het is zo belangrijk dat kinderen op school weer over voeding gaan leren. Anders zitten we straks met een generatie die nog minder weet van eten (maken). Inmiddels komt  zo’n 70-80% van ons eten uit een pakje/zakje/de fabriek. De hoogste tijd dat kinderen, onze toekomstige politici, bestuurders, werkgevers en werknemers, een goede gezonde start krijgen qua voedsel. In de jeugdjaren wordt immers de basis voor de volwassen gezondheid gelegd. Ook moeten we niet langer wachten om kinderen ervaring te laten opdoen over de innige connectie tussen gezond voedsel, de bijtjes, de bloemetjes, de boer en de bodem. Dat moet gewoon weer in het lesprogramma.”

Wat wil je de lezers van de nieuwsbrief meegeven?  
Wij zouden veel trotser kunnen zijn op ons gebied, zo prachtig! Verder wil ik het volgende mee geven: schud de hand die je voedt en ga gewoon eens langs een boerderijwinkel, koop langs stalletjes bij de weg of via een voedselcoöperatie of CSA, raadpleeg de Groene Winkelkar app waar je lokaal kunt kopen etc. Hiermee weet je wie je eten heeft geproduceerd en krijgt het weer een gezicht. Eten is nu zo anoniem geworden dat we niet eens meer weten dat onze prachtige lokale granen of veldbonen nooit op ons eigen bord belanden. Dat ons bordje eten nog maar voor een fractie van eigen bodem komt.

En nee, letterlijk de hand schudden zal niet altijd gaan. Maar ook digitaal kunnen we de boer/teler/producent achter ons eten weer ontmoeten. Laten we de mooie verhalen over eten weer aan elkaar vertellen. En ons eten weer ‘ontmoeten’.

Datum 7 februari 2023 Peter Gelling